Wanneer inflatie boven de 50% per maand uitkomt, spreken we van hyperinflatie. Zulke inflatiepercentages zijn zeer slecht voor de welvaart van een land. De koopkracht neemt gigantisch af en goederen en diensten uit het buitenland worden vaak onbetaalbaar. Wanneer essentiële middelen als voedsel en medicijnen daardoor niet meer te verkrijgen zijn, ontstaan er grote problemen in een land.
Hyperinflatie wordt meestal veroorzaakt door overheidsbeleid dat verkeerd uitpakt. In veel gevallen is dat het bijdrukken of printen van te veel geld. Dit lijkt soms een goede oplossing (om bijvoorbeeld overheidstekorten op te lossen), maar geld wordt minder waard zodra er (aanzienlijk) meer van in omloop komt.
Voorbeelden van hyperinflatie uit het verleden
Onderstaande voorbeelden laten goed zien wat hyperinflatie met een land kan doen. Hyperinflatie komt nooit uit de lucht vallen. Het is meestal een samenloop van omstandigheden waarbij verkeerde beslissingen (soms bewust ingezet) elkaar opvolgen.
Hyperinflatie in Duitsland
Enkele jaren na de eerste wereldoorlog werd een gedeelte van het Ruhrgebied in Duitsland bezet door Frankrijk. Frankrijk deed dit om Duitsland te dwingen tot herstelbetalingen voor de geleden schade tijdens de eerste wereldoorlog. De schadeclaim van de geallieerden was 132 miljard goudmark. Een astronomisch hoog bedrag voor die tijd.
Duitsland besloot mee te gaan in deze eis, ondanks het feit dat ze dit geldbedrag onmogelijk konden betalen. Als middel om aan te tonen dat ze de schuldbetalingen niet konden terugbetalen, zette de Duitse overheid bewust in op inflatiepolitiek. Zo liet de overheid de overheidsuitgaven ongelimiteerd doorlopen en werden stakende arbeiders doorbetaald ondanks dat ze geen werk verrichtten. Alle uitgaven die betaald moesten worden, werden gefinancierd door nieuw geld bij te drukken. Dit bijgedrukte geld dat op de markt kwam, zorgde voor torenhoge inflatie.
De Voedselprijzen stegen enorm. Zoals de kiloprijs van brood die in December 1921 nog 4 Mark was. In december 1922 steeg dit naar 163 mark, in april 1923 naar 474 mark en in augustus 1923 naar 69.000 mark. In November 1923 steeg de prijs van één kilo brood zelfs naar 201.000.000.000 mark!
In die tijd was het goedkoper om je huis te verwarmen met het verbranden van geldbiljetten dan ze te gebruiken voor het kopen van kolen. Veel mensen raakten in die tijd hun spaargeld kwijt, hun lonen kelderden en ze konden fluiten naar hun pensioenpotje. Nog een indirect gevolg, volgens veel historici, is dat deze periode van bezetting en hyperinflatie de voedingsbodem voor de Nationaalsocialisten was om later de tweede wereldoorlog te beginnen.
Hyperinflatie in Venezuela
Venezuela heeft jarenlang met gigantische hyperinflatie te maken gehad. Op het hoogtepunt in 2018 bedroeg de inflatie zelfs 65.000%!
Het begon allemaal toen voormalig president Hugo Chávez een prijsplafond instelde voor voedsel en medicijnen. Deze opgelegde prijzen maakte het voor bedrijven onmogelijk om winstgevend te zijn, waardoor veel bedrijven failliet gingen. Producten moesten daarom uit het buitenland gehaald worden. Dit was niet meteen een probleem omdat Venezuela enorme olievoorraden heeft en daar een hoop geld mee verdient.
Toen in 2014 de olieprijs terugliep kwamen er flink minder inkomsten binnen. Om dit op te vangen, begon het land extra geld bij te drukken. De hyperinflatie die daarop volgde zorgde ervoor dat de Venezolaanse bolivar onderuitging. Daarmee werd het onbetaalbaar om producten (zoals voedsel en medicijnen) uit het buitenland te importeren.
Door een tekort aan voedingsmiddelen en andere essentiële producten nam de sociale onrust in het land toe. Hyperinflatie zorgde voor toenemende criminaliteit en voedselarmoede. Mensen gingen de straat op om hun ongenoegen te uiten. Deze protesten werden door de regering hard de kop in gedrukt. De onderdrukking en onleefbare situatie in het land bracht gigantische vluchtelingstromen op gang. Naar schatting zijn er op dit moment zo’n 7 miljoen Venezolanen het land ontvlucht.
Hyperinflatie in Zimbabwe
Tussen 2004 en 2009 kende Zimbabwe, onder leiding van president Mugabe, een periode van enorme hyperinflatie. In de jaren daarvoor gaf Zimbabwe steun aan de Congolese president Joseph Kabila. Er woedde in die tijd een burgeroorlog in Congo en Zimbabwe sprong bij om de regering van Kabila financieel te helpen.
In die tijd kampte Zimbabwe ook met perioden van droogte en mismanagement van onteigende landbouwgrond. Witte (Europese) boeren werden verdreven van hun land en daarmee ging een hoop expertise verloren. Oogsten mislukten en het land dat voorheen ‘de graanschuur van Afrika’ werd genoemd, zag zijn graanproductie grotendeels verdwijnen. Daarmee viel een belangrijk exportproduct weg. In combinatie met de financiële steun aan Congo liep het begrotingstekort flink op.
Om dit begrotingstekort op vullen besloot Mugabe extra geld bij te drukken. Op piekmomenten steeg het inflatiepercentage tot soms wel 98% per dag. Daarmee verdubbelde de prijs van goederen en diensten bijna dagelijks.
Gevolgen van hyperinflatie
Bovenstaande voorbeelden laten zien dat hyperinflatie grote gevolgen heeft. Het zorgt ervoor dat essentiële producten en diensten onbetaalbaar worden voor het grootste deel van de bevolking. Dit zorgt op zijn beurt weer voor onrust en onleefbare situaties. Vaak loopt de situatie nog verder uit de hand als de politici die het hebben veroorzaakt aan de macht blijven.
Waardevaste beleggingen tijdens hyperinflatie
In tijden van hyperinflatie zoeken inwoners van een land vaak naar alternatieven voor de nationale munt die in omloop is. Zo investeerden veel Venezolanen in crypto toen de Venezolaanse bolivar flink onderuitging. Ook het inwisselen van de eigen munteenheid tegen Amerikaanse dollars, de Britse pond of euro’s gebeurt vaak. Daarnaast wordt ook veel geld in edelmetalen zoals goud en zilver gestopt.
Investeren in buitenlandse aandelen kan ook een alternatief zijn. Ieder aandeel is gebonden aan de beurs waarop deze verhandeld wordt. Daar hangt dan ook de munteenheid van het land aan waar de beurs gevestigd zit.
Is er in Nederland nu sprake van hyperinflatie?
Nee, in Nederland is nu geen hyperinflatie. Hoewel de inflatie in Nederland in september 2022 op 17,1% uitkwam, ligt dit nog ver onder de 50%. Wanneer inflatie dit percentage aantikt, kunnen we spreken van hyperinflatie. Dat neemt niet weg dat we met prijsstijgingen te maken hebben die het leven flink duurder maken. Kan je nagaan wat voor effect hyperinflatie zou hebben.
Open een rekening